Tomaten
Agri & Food

Tomaat verwarmd, energiereus verarmt

12.02.2015
door Rafael Porto Carrero

We consumeren dagelijks tomaten. Maar staat u er ooit bij stil hoe ze gekweekt worden? En: wist u dat u misschien met de elektriciteit van de tomatenteler voor uw laptop zit? “We voorzien in onze eigen verwarming en verkopen 97 procent van de opgewekte stroom aan het net.”

Zeven uur ’s morgens. De wekker gaat af. Tijd om op te staan. Een kwartiertje later zet u wat koffie en perst u wat verse sinaasappels. Dat is uw dagelijkse routine. Tegelijk bereidt u snel een slaatje met tomaten voor de middaglunch. Weet u veel dat uw kleine vleestomaat misschien uw koffie heeft gezet? Althans: dat de groente indirect voor de stroom van uw Nespressomachine heeft gezorgd?

Tomatenbedrijf A&D Naenen

Boechout midden januari 2015. IJzig nat weer verpest een aangename autorit doorheen de Vlaamse velden. Eens aangekomen bij het 47.000m² grote tomatenbedrijf A&D Naenen begroet eigenaar Danny Naenen hartelijk in t-shirt met korte mouwen. Gek? Nee. Al gauw blijken handschoenen en pullover volledig overbodig. In de serre van het familiebedrijf heerst namelijk een aangenaam lenteweertje van 23-24 graden dag en 17 nacht.

Waarom? Simpel. Dit is de ideale temperatuur om tomaten te kweken. En de kunst bestaat erin deze temperatuur constant te houden. Hoe ze dit doen? Dit kan op verschillende manieren, maar vaak maken tuinders gebruik van een warmtekrachtkoppeling (WKK). Dat is een systeem waarbij aardgas een thermische centrale bedient en zo tegelijk warmte en elektriciteit opwekt. “We voorzien zo in onze eigen verwarming”, verklaart Naenen. Dit zou ongeveer een derde aan aardgas meer besparen dan wanneer de warmte en elektriciteit afzonderlijk zouden verwekt worden. De tuinbouwer vervolgt: “We hebben twee installaties. De grootste draait het vaakste en produceert 2,7 megawatt (MW). De kleinere (1,4 MW) vult aan bij erg koud weer of doet het alleen in de zomer en tijdens weekenden.” Een WKK komt overeen met een kost van 800.000 tot één miljoen euro per megawatt opgesteld vermogen, volgens experts.

Ikzelf produceer ongeveer driemaal meer dan wat Boechout gemiddeld verbruikt

Danny Naenen

Maar vanwaar toch het idee om een dergelijke constructie in eigen beheer te nemen? Gestegen energieprijzen en het Vlaamse land- en tuinbouwbeleid lieten de voorbije jaren vele tomatentelers deze stap zetten. “Aan de nettoverkoopprijs van tomaten is relatief weinig veranderd de laatste jaren”, legt Maarten De Moor van LAVA, de overkoepelende organisatie van de Belgische fruit- en groenteveilingen, uit. “Waar kan men de marge dan nog verruimen? Dit gaat enkel op energievlak. Dit is misschien wel de belangrijkste kost in het plaatje van het tomatenbedrijf.”

Danny Naenen bevestigt dit. “De mensen denken dat we onze eigen stroom maken. Dat klopt, maar we verbruiken maar drie procent. 97 procent verkopen we op het net.” Een beetje zoals men beursaandelen online kan volgen, beschikt Naenen over allerlei software om de elektriciteitsdagprijzen in het oog te houden. “Ikzelf produceer ongeveer driemaal meer dan wat Boechout gemiddeld verbruikt.” Dat is toch een gemeente met 12.000 inwoners. De verkoop van warmtekrachtcertificaten helpt mee om de enorme investering terug te betalen. En gezien de populariteit van dergelijke technieken zijn de Vlaamse tuinbouwers een kleine concurrent van een energiereus als Electrabel geworden. Wie had dat ooit gedacht?

Warmtekrachtkoppeling (WKK)

Naast de constante warmte levert de WKK nog een enorm voordeel voor de tomatenteler op. Koolstofdioxide (CO2) is belangrijk voor de fotosynthese van de planten. “In een serre is de lucht armer aan CO2 dan buiten omdat de planten CO2 opnemen”, verduidelijkt de tomatenteler. “Daarom doseren we extra CO2.” CO2 hoort dus rechtstreeks bij de energievoorziening door WKK, want het komt via een katalysator uit de uitlaat van de motor, verdeeld langs een ondergronds kanalenstelsel. Dit zou voor 10 tot 20 procent extra vruchtgewas verantwoordelijk zijn.

Waar kan een tomatenkweker marge verruimen? Enkel op energievlak

Maarten De Moor

Licht

Naast warmte, water en CO2 is licht het laatste belangrijke element om een gezonde plantengroei te garanderen. “Eén procent extra licht is ongeveer één procent extra productie”, weet Naenen. Dit heeft tot steeds smallere glaskaders en goten geleid en de beglazing altijd groter gemaakt. “Ik denk dat we daar langzaam het maximum bereikt hebben.” Volgende stap? De glastechnologie zelf verbeteren. En dus maakt men nu het glas diffuser. De zonnestralen vallen nu niet meer rechtstreeks op de tomaten, maar worden verdeeld. “Je hebt geen schaduw meer. Wel weerkaatst dit speciale glas te veel stralen. Daarom is er een extra coating opgelegd.”

Voortdurend innoveren

Wie 50 jaren geleden had durven stellen dat tomaten kweken ooit zo’n hoog-technologische onderneming zou worden, zou voor zot zijn verklaard. Vader Alfons Naenen startte in 1965 op dezelfde locatie met 3.000 m². De totale oppervlakte is inmiddels meer dan vervijftienvoudigd. Zo ligt het bedrijf in de markttrend naar voortdurende schaalvergroting om de prijzendruk te baas te kunnen. Maar dit verklaart slechts gedeeltelijk het succes. Een tuinder moet voortdurend innoveren om concurrentieel te blijven. Zo kon je vroeger ’s winters bij gebrek aan licht amper tomaten kweken. Nu is dat euvel – en belangrijk concurrentienadeel op Zuid-Europa – gedeeltelijk verholpen. De toekomst: blijven innoveren om de concurrentie voor te blijven.

Vorig artikel
Volgend artikel